Konijn

Medisch gerelateerde en andere nuttige informatie

  • Virussen
  • Gedrag
  • Voeding
  • Huisvesting

Virussen

Virussen die bij konijnen voorkomen

Myxomatose

Myxomatose is een virus en wordt verspreid door stekende insecten (o.a. vliegen en vlooien) of via direct contact met een besmet soortgenoot of besmette materialen. Zorg voor een goede hygiëne en probeer insecten buiten het konijnenhok te houden door bijvoorbeeld horren te plaatsen. Voorkom ook dat uw konijn met wilde konijnen in aanraking komt of op gras loopt, waar ook wilde konijnen komen. In en rond Lelystad zijn veel wilde konijnen, wees hier dus alert op!

Konijnen die myxomatose hebben, herken je aan een zwelling van de oogleden, mond en anus. Ook kunnen er bulten in de huid ontstaan, met name op de oren, rug en rond de mond. In een later stadium kan uw konijn longontsteking krijgen. Myxomatose kan dodelijk zijn, daarom is het erg belangrijk preventief te vaccineren

Viral Heamorrhagic Disease (VHD en VHD2)

Zoals de naam al doet vermoeden gaat het bij VHD ook om een virus, het calicivirus. Ook dit virus kan dodelijk zijn, maar daarnaast is het ook zeer besmettelijk. VHD wordt overgebracht via insecten, besmette materialen (kleding/schoenen), direct contact tussen konijnen, mest, maar kan zich ook op het gras bevinden dat u voor uw konijntje heeft geplukt. Wees hier dus uiterst voorzichtig mee.

De symptomen van VHD kunnen zijn: niet meer willen eten, benauwdheid, schreeuwen, knarsetanden, diarree en bloederige neusuitvloeiing. Het konijn sterft vaak door inwendige bloedingen. Uw konijn kan ook zonder deze symptomen plotseling dood in het hok liggen. Het is dus belangrijk uw konijn preventief tegen VHD te vaccineren. Daarnaast is een goede hygiëne belangrijk en is het verstandig dat u geen gras en bladeren van de paardenbloem plukt op plaatsen waar ook wilde konijnen voorkomen!

Gedrag

Gedrag

Wat is gezond konijnengedrag?

Allereerst; konijnen zijn groepsdieren. Wanneer konijnen elkaar wassen, tegen elkaar aan slapen, samen eten en lief met elkaar omgaan, kun je spreken van een gelukkig koppel. Ze vertonen natuurlijk gedrag. Konijnen die alleen leven, kunnen dit natuurlijke gedrag niet vertonen. Mensen kunnen dit gedrag niet compenseren.

Ander gezond gedrag is bijvoorbeeld het maken van een ‘binky’. Wanneer een konijn dit doet, springt hij in de lucht en maakt tegelijkertijd een zijwaartse trap. Dit is een teken van blijdschap. Ontspannen gedrag is te herkennen aan bijvoorbeeld het plotseling neerploffen op de zij of een diepe slaap, soms op de zij of zelfs op de rug.

Konijnen zijn prooidieren, dat betekent dat ze (in de natuur) altijd alert moeten zijn. Dit uit zich bijvoorbeeld door op de achterpoten te staan en/of de oren omhoog te hebben en mee te draaien met het geluid of door te liggen met de staart omhoog.

Dit is dus allemaal gewenst gedrag, dat we graag zien bij alle konijnen.

Helaas is de realiteit in veel gevallen anders. Veel konijnen hebben geen maatje om natuurlijk gedrag, zoals hierboven beschreven, mee te vertonen. Ook ontbreekt vaak de ruimte om binkies te kunnen maken.

In de praktijk worden vaak gedragsproblemen bij konijnen beschreven. Graven en knagen wordt vaak als probleem ervaren door een konijneneigenaar, maar dit is natuurlijk gedrag voor een konijn. De kunst is konijnen te voorzien in deze basisbehoeften, op een manier dat het voor de eigenaar acceptabel is en voor het konijn veilig.

Ongewenst gedrag dat voor kan komen is het agressieve en/of territoriale gedrag. Dit is vaak een complexe situatie. Voorbeelden van gedragingen die we hierbij kunnen zien zijn bijten, grommen, met de voorpoten slaan, stampen, krijsen en/of sproeien. Sterilisatie of castratie kan in veel gevallen een uitkomst bieden bij territoriale gedragingen.

Agressief gedrag is complex. Het kan namelijk veel verschillende oorzaken hebben. Het is van belang dat de gedragingen die gezien worden, juist worden geïnterpreteerd om erger te voorkomen. 

Voeding

Voedingsadvies konijn

Wat mogen konijnen wel en wat mogen ze niet eten?

Konijnen zijn in meerdere opzichten ‘bijzondere dieren’. Dit geldt vooral voor de werking van hun maag-darmkanaal. De darmen van een konijn kunnen alleen optimaal werken als er voldoende vezel in hun voeding zit, die zorgt voor een goede beweeglijkheid van de darmen. Dit maakt hooi tot een onmisbaar en groot deel van hun voeding. Het is belangrijk dat het hooi van goede kwaliteit is, dus groenig en fris ruikend hooi.

Daarnaast heeft een konijn allerlei andere belangrijke voedingsstoffen nodig. Wij adviseren daarom bixbrokjes (pellets) als aanvullend voer. Dit zijn groene korreltjes voer die als compleet voer (bv Supreme Science Selective, bij ons te bestellen) worden verkocht.

De reden dat wij dit aanraden, is dat konijnen dan niet selectief kunnen eten, ofwel ze kunnen niet kiezen en alleen de lekkere dingetjes uit het voer halen. Houd u zich aan de maximale hoeveelheden!!
Dit in verband met overgewicht en blaasproblemen bij te veel voeren van pellets.

Verder moet een konijn allerlei verse groenten en fruit eten maar lang niet alles is geschikt.
Een lijst met geschikte en ongeschikte groenten en fruit is bijgevoegd.

Voedingsadvies konijn

Hooi Onbeperkt zoveel mogelijk
Bixbrokjes/pellets 20 gram per kilogram lichaamsgewicht per dag
Vers groenvoer 100 gram per kilogram lichaamsgewicht per dag

Wees voorzichtig en terughoudend met het geven van te veel koolhydraten/suikers. Dit zit o.a. in snoepjes en knabbelstaafjes uit de dierenwinkel maar ook in fruit en brood. Uw konijn wordt dan te dik en kan diarree krijgen.

Ook te veel eiwit is niet goed voor de werking van het maag-darmkanaal. Als u over gras beschikt, zet uw konijn dan niet op de eerste verse sprietjes in het voorjaar. Die zijn namelijk erg eiwitrijk, waardoor er te veel gasvorming kan optreden en uw konijn last krijgt van trommelzucht (tympanie). Ook kan het zijn dat hij/zij dan de nachtkeutels niet meer opeet. Het beste kan het gras eerst 1 of 2 keer gemaaid worden. Ook gras uit bermen langs wegen is risicovol vanwege uitlaatgassen en verdelgingsmiddelen.

Voor alles wat u uw konijn te eten geeft geldt, dat u het dier er eerst aan moet laten wennen, dus voorzichtig kleine beetjes voeren. Op die manier kan het maag-darmkanaal zich rustig daarop aanpassen. U kunt zelf goed zien of dit goed gaat, door de ontlasting in de gaten te houden. Wanneer de droge ronde keuteltjes kleiner worden dan u gewend bent, eet uw konijn te weinig. Indien u aan elkaar geplakte rijtjes met glimmende plakkerige ontlasting vindt, eet uw konijn zijn nachtontlasting niet op. Dit is een aanwijzing voor een aantal problemen: te veel voer (te veel eiwit), konijn is te dik, konijn heeft pijn.

En natuurlijk kan een konijn ook diarree krijgen. Daarbij kunt u in de gaten houden of de buik van uw dier niet te bol wordt, dit kan wijzen op gasvorming.

Lik- en knaagstenen bevatten relatief te veel calcium waardoor het risico op blaasstenen groter wordt, dus liever niet geven. U kunt beter een wilgentak in het hok leggen om aan te knagen of bijvoorbeeld een straatsteen om aan te krabben.

Wat wel en wat niet aan uw konijn te eten geven

Groenten die geschikt zijn:

  • Broccoli
  • Boerenkool
  • Waterkers
  • Paksoi
  • Wortel + loof
  • Andijvie
  • Witlof
  • Peterselie (niet te veel)
  • Selderij (takjes, niet te veel)
  • Zuring (zeer beperkt i.v.m. oxaalzuur)
  • Mosterdblaadjes
  • Romeinse sla
  • Wilde achillea (bijvoeding)
  • Spinazie (zeer beperkt i.v.m. oxaalzuur)
  • Komkommer
  • Paprika
  • Spruitjes

Groenten die niet geschikt zijn:

  • Bieslook
  • prei
  • Ui
  • Alle soorten bonen en erwten
  • Knoflook
  • Rabarber (heel giftig, dodelijk)
  • Vaste kool (zoals rode kool)
  • Aardappel(-schillen)
  • Avocado
  • Courgette
  • Aubergine
  • Rode bieten
  • Pitten van diverse groenten

Geschikt fruit:

  • Appel
  • Banaan (bevat veel calcium, dus weinig geven)
  • Watermeloen
  • Aardbei
  • Kiwi
  • Perzik
  • Mango
  • Mandarijnpartje
  • Peer
  • Kers
  • Framboos
  • Kruisbes
  • Bosbes
  • Zwarte bes

Geschikte (on)kruiden:

  • Pepermunt
  • Peterselie (niet te veel)
  • Dille
  • Basilicum
  • Lavas (=maggiplant)
  • Paardenbloemblad
  • Weegbree (bijvoeding, voor goede darmwerking)
  • Herderstasje
  • Madeliefje
  • Gedroogde brandnetel
  • Verse takken van wilgenboom, onbespoten fruitbomen, beukenboom, hazelaar, esdoorn, els en es

Huisvesting

Huisvesting konijn

Mogelijk heeft u op onze website al gelezen over natuurlijk konijnengedrag. Daar komt al naar voren dat konijnen graag met een soortgenoot samen wonen, graven, knagen en springen. Dit heeft als logisch gevolg dat konijnen in deze behoeften voorzien moeten worden als we kijken naar de huisvesting. Enerzijds voor een gelukkig konijnenleven, anderzijds om medische en/of gedragsproblemen te voorkomen. 

Een ruim verblijf met voorzieningen om te graven, knagen en springen is dus een must.

Het verblijf dient tocht- en vochtvrij te zijn om gezondheidsproblemen te voorkomen. Wat niet elke konijneneigenaar weet, is dat het belangrijk is dat een konijn rechtop moet kunnen staan. De afmetingen van het hok zijn afhankelijk van de grootte van uw konijn(en). Voor een klein konijn wordt een hok geadviseerd met een minimale breedte van 1,5 meter en een diepte en hoogte van 60 cm. Het is noodzakelijk dat een hok altijd gecombineerd wordt met een ren. Voor kleine konijnen is 3m2 hiervoor een richtlijn. Grote konijnenrassen hebben een hok nodig dat minimaal 2 meter breed is en 80 cm hoog en diep. De ren dient minimaal 7m2 te zijn.

Daarnaast is de veiligheid van het verblijf een aandachtspunt. In de natuur hebben konijnen een hol, waarin ze zich kunnen verschuilen tegen gevaar. Een verblijf met een schuilgedeelte is daarom aan te raden. Wanneer het verblijf buiten staat, is het tevens van belang dat er geen roofdieren, zoals marters, vossen en roofvogels bij uw konijn kunnen komen.

Er zijn vele verschillende soorten bodembedekking op de markt, bijvoorbeeld zaagsel/houtvezel, vlas, stro en geperste korrels. Let er bij de keuze van een bodembedekking op, dat het de urine goed absorbeert. Dit maakt het verschonen van het hok makkelijker en daardoor de hygiëne beter. Ook een stofvrije bodembedekker heeft de voorkeur in verband met de luchtwegen van de dieren.